Indische dorpelingen moeten tijgerbewaker worden

De arme bevolking van de Indische tijgerreservaten moeten ingeschakeld bij de bescherming van de bedreigde diersoort. Dat zegt het Centre of Science and Environment (CSE). Bovendien moeten deze honderdduizenden mensen volgens de milieuvereniging ook economisch kunnen profiteren van het redden van de tijgerpopulatie.

In India houdt zich de helft van de wereldwijde tijgerpopulatie op, maar volgens het Centre of Science en Environment is de Indische regering de strijd voor het behoud van de soort aan het verliezen. "Dat komt vooral omdat men er niet in slaagt om de locale bevolking in te schakelen in het reddingsprogramma," aldus de organisatie. "Daardoor is de situatie vandaag zo dramatisch geworden"

Een eeuw geleden telde India nog ongeveer 40.000 tijgers, maar stroperij en het verdwijnen van hun natuurlijke biotoop heeft de populatie teruggebracht tot amper 3.700 exemplaren. Een aantal experts maken zelfs gewag van maximaal 1.200 Indische tijgers. Rond de 28 tijgerreservaten leven ongeveer 300.000 menen in bijna 1.500 armoedige dorpen.

De meeste dorpelingen proberen het hoofd boven water te houden door de boskap, het verzamelen van honing en fruit, eenvoudige landbouw en jacht. Maar velen worden door criminelen ook betaald om tijgervallen te bouwen, waterbronnen te vergiftigen en tijgers te electrocuteren. Daarmee willen dit bendes inspelen aan de stijgende vraag naar tijgerhuiden in China en Tibet.

De dorpelingen krijgen ongeveer vijf dollar voor een dode tijger, terwijl één tijgerhuid op de internationale markt ongeveer 20.000 dollar waard is. Maar ze zouden volgens de vereniging ook kunnen ingeschakeld worden als tijgergidsen voor toeristen of als boswachter. "Zonder deze mensen kunnen we nooit in ons opzet slagen," aldus een CSE-woordvoerder.