China wil honderden Siberische tijgers uitzetten

China gaat 620 bedreigde Siberische tijgers, geboren in gevangenschap, trainen om hen te leren overleven in het wild. Daarmee hoopt de Chinese overheid de dieren te herindroduceren in de steeds kleiner wordende woudgebieden van het noordoosten van het land. De dieren krijgen een gebied van vijftien hectaren in het bergachtige gebied op de grens met Noord-Korea.

Volgens de Siberian Tiger Artificial Propagation Base is een experiment van vier jaar geleden - toen twaalf tijgers werden vrijgelaten - bijzonder veelbelovend, hoewel tien van de dieren inmiddels weer in gevangenschap zitten. Andere experts menen echter dat het project tot mislukken is gedoemd, tenzij de wouden beter beschermd zouden worden tegen houtkap en stropers.

"De grotere menselijke activiteit, zoals de aanleg van autostrades, heeft van de tijgergebieden geïsoleerde eilanden gemaakt," vertelde Sun Haiyi, onderdirecteur van het Heilongjiang Provincial Institute Wildlife, tegenover het persbureau Xinhua. "Bovendien dreigt een dergelijke isolatie te leiden tot inteelt."

Het zou volgens Haiyi beter zijn om te investeren in de uitbouw van een milieu waar de Siberische tijger opnieuw goed zou kunnen gedijven. Tijgers hebben een dichte vegetatie met veel prooidieren, zoals herten en everzwijnen, nodig om te kunnen overleven.

Op dit ogenblik zouden er nog amper vijfduizend tot zevenduizend Siberische tijgers overblijven. In de negentiende eeuw werden er nog meer dan honderdduizend geteld. Volgens wetenschappers staat de soort op het punt om in het wild uit te sterven, vooral door de jacht en een verlies aan leefgebieden. Buiten gevangenschap zouden er nog amper enkele honderden exemplaren overblijven.